Op de achterkant van veel mijn bundels staat iets als: 'Hij bedenkt regelmatig nieuwe dichtvormen, zowel autonoom als in opdracht, en brengt deze vormen tot leven in zijn karakteristieke stijl.' Eén van deze vormen is het Perfect sonnet.
Een perfect sonnet of Euclides sonnet is eigenlijk een dubbelsonnet. Het telt 28 (= 2 maal 14) regels. 28? Ja, want 28 is een volmaakt (ook wel perfect genoemd) getal. Een volmaakt getal is een getal dat gelijk is aan de som van alle delers (ongelijk aan het getal zelf, 6 is deelbaar door 3, 2 en 1; 3+2+1=6). Euclides van Alexandrië, (~325 - ~265 vC), introduceerde het begrip in boek VII van zijn Elementen, in definitie XXII.
De eerste 10 volmaakte getallen zijn:
6/28/496/8128/33550336/8589869056/137438691328/
2305843008139952128/2658455991569831744654692615953842176/
191561942608236107294793378084303638130997321548169216
De eerste 14 regels vormen een zelfstandig gedicht. De overige 14 (verdeeld over 7-4-2-1) zijn omgevend, beschrijvend, reagerend.
De eerste Perfecte Sonnetten zagen het daglicht in 2002 tijdens de expositie Brandpunt in de voormalige Brandweerkazerne aan de Ganzenmarkt te Utrecht.
Er zijn op moment van schrijven geen perfecte sonnetten in officiële publicaties verschenen.
©Nanne Nauta